Eindelijk duidelijkheid voor oud-studenten van het Windesheim: het diploma is onder de maat maar het maakt niets uit. En onze verslaggever mag cursussen komen volgen.
Mijn naam is Marijn en ik heb een Windesheim-diploma. Eén van de 360 journalistiekgetuigschriften die het in december tot landelijk nieuws schopten omdat ze misschien niet hbo-waardig zouden zijn. Hogeronderwijswaakhond NVAO (de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie) had 23 eindwerkstukken van de opleiding bekeken en kwam tot de conclusie dat 11 studenten na vier , vijf, zes jaar zwoegen in studiegroepjes nog niet het hbo-niveau hadden.
Volgens de hogeschool en NVAO zat het probleem behalve in het eindonderzoek (een soort scriptie, maar dan met Wikipedia in de literatuurlijst) vooral ook in de stageverslagen. De reflectie van de studenten was vaag en docenten konden niet argumenteren waarom ze een zesje gaven voor de felgekleurde snelhechters.
Natuurlijk, iedereen die er studeerde wist al lang dat je op de opleiding Journalistiek in Zwolle vrij simpel een diploma kon scoren. En de opleiding is eerder demotiverend dan inspirerend voor studenten die écht later journalist willen worden. Dat bleek in december ook meteen weer uit de stortvloed van negatieve verhalen van (oud-)studenten.
‘Wat ik erg miste in het eerste deel van de opleiding was discussie over de actualiteiten en/of de journalistiek. Kranten stapten over op tabloidformaat, nieuwe gratis kranten kwamen op de markt, Deepthroat overleed, etc. In de les deden we er niks mee. (…) Ik kan me niet voorstellen dat leraren zelf ook niet een beetje ongelukkig worden als je aan tweedejaars studenten journalistiek moet uitleggen wie Michael Moore is’, schreef ik in de vervangende opdracht Houding en Gedrag 2B, gevolgd door een tirade hoe je het in je hoofd haalt het vak Creatief Schrijven om 8 uur op vrijdagochtend te geven.
Steekproef
En nu was het opeens officieel: de opleiding Journalistiek van Windesheim is waardeloos! Uit angst het nieuwe Inholland te worden besloot de hogeschool zelf alle diploma’s van de afgelopen twee jaar onder de loep te nemen. De eindonderzoeken werden onderzocht door een extern ‘gerenommeerd’ bureau, de stageverslagen door een commissie van echte journalisten onder voorzitterschap van een heuse hoofdredacteur (welke blijft geheim).
Het verlossende telefoontje kwam gisterochtend. Een jongen van een callcenter uit Leiden vraagt naar mijn geboortedatum. Die weet ik. ‘Zoals je weet is er uit een steekproef gebleken dat de opleiding niet zorgvuldig is geweest’, leest hij van een papiertje voor. ‘Ik wil duidelijk stellen dat je diploma wel geldig blijft.’ Mooi.
‘In jouw geval is de onderzoeksopdracht als voldoende beoordeeld.’ Wat, niet goed, of uitstekend? ‘Nee, het is voldoende of onvoldoende. Maar… Je stageverslagen waren niet aanwezig, dus die zijn niet bekeken.’ Klopt, die zijn inderdaad ouder dan twee jaar en dus vernietigd. Dus ik ben toch gezakt? ‘Je diploma blijft je diploma. Je mag de missende dossiers nog wel inleveren zodat de commissie ze kan beoordelen.’
Maar dan is mijn diploma dus niet hbo-waardig? ‘Dat weet ik niet. Ik bel uitslagen door’, zegt de ongetwijfeld universitaire student (ik voel me inferieur). Hij benadrukt nog eens dat het eigenlijk niets uitmaakt. Nergens wordt er een notitie gemaakt dat een diploma onder de maat is. Wat de meerwaarde van het inleveren van die stageverslagen dan is? ‘Geen idee. Echt geen idee.‘
Verzonnen stageverslag
En hoe zit het met de andere studenten? ‘Als ik verder kijk in mijn stapeltje zijn er ook onvoldoendes, het is gemêleerd’, zegt hij. Dan weer vanaf het briefje: ‘We willen je alvast graag een serie masterclasses aanbieden. Deelname is niet verplicht en er zijn geen kosten aan verbonden.’ Terug naar school dus. ‘Ik hoop dat je iets aan mij hebt gehad en wens je veel succes en sterkte. Er komt vast wel iets goeds uit’, sluit hij bemoedigend af.
Ik bel een oud-docent die uit angst anoniem wil blijven. (En dat terwijl docenten altijd fel tegen anonieme bronnen waren.) Ben ik nou officieel journalist of niet? ‘Zonder stagemateriaal is het formeel onvoldoende.’ Ai. Maar, stelt hij mij gerust: ik mag wel gewoon een verzonnen stageverslag inleveren. Het is net Inholland.